On Life

De dunne lijn tussen fictie en verbeelding

De dunne lijn tussen fictie en verbeelding interesseert me mateloos. Zo mateloos dat mijn twee eerste romans rond dat thema zijn opgebouwd. Ook in mijn derde boek komt het terug, maar minder overheersend. Als ik zelf een roman schrijf, vraag ik me nooit af hoe ver ik mag gaan met het verzinnen van feiten, het herschrijven van de geschiedenis, het recreëren van de werkelijkheid. Zonder dat ik de grens kan zien of definiëren, is het duidelijk: ik ben trouw aan de realiteit en verdraai hem wanneer me dat uitkomt. Een personage zal in mijn verhaal geen zes pizza’s achter elkaar verorberen, maar kan gerust een cd in mijn straat kopen, ook al weet ik zeker dat ze in mijn straat nergens cd’s verkopen.
Maar hoe zit dat als je in een boek of film een heikel punt aansnijdt? Deze vraag kwam op toen ik gisteren al zappend een HBO televisiefilm zag getiteld Tsunami. Ik vreesde het ergste, maar de film was, dankzij de cast, beter dan ik had verwacht. Er kwam een journalist in voor, die ontdekte dat een wetenschapper de tsunami jaren eerder had voorspeld en een waarschuwingssysteem had ontwikkeld. Hij had een officieel rapport aan de regering aangeboden, maar het systeem werd lacherig van de hand gedaan. Direct na de tsunami beginnen bulldozers de restanten van de weggespoelde vissersdorpen langs de kust schoon te vegen. Een hotelketen heeft zich de grond, die eeuwen eigendom van de bewoners was, toegeëigend en begint met de bouw van een resort. Het waarschuwingssysteem wordt nu wel door de regering geïnstalleerd. De suggestie wordt gewekt dat de regering deze eerste tsunami bewust heeft laten gebeuren, opdat de dorpen werden weggevaagd en er langs die mooie kust veel nieuwe hotels en resorts gebouwd konden worden.
Het verbaasde me niets – dat soort onmenselijke beslissingen worden dagelijks genomen, maar ik vroeg me wel af: is het waar? Deze vraag was natuurlijk eenvoudig te beantwoorden met een minuutje googelen. Het antwoord: ja.
Maar andere vragen kwamen op. Als het niet waar zou zijn geweest, mag een film die trekken heeft van een documentaire dan zo’n suggestie wekken? Mag je een natie, een hotelketen, een directie, beschuldigen, als er geen feiten zijn om die beschuldiging te bewijzen? Of wordt het dan laster? Zou ik op grond van de vrijheid van meningsuiting een film kunnen maken waarin ik de Nederlandse regering beschuldig van het martelen van vluchtelingen of krijg ik dan een leger advocaten achter me aan? Waar ligt de grens en hoe bepalen rechters die? Is het voldoende fictieve namen te gebruiken om agressieve bedrijven op afstand te houden? Mag Connie Palmen Peter Schat tussen de regels door van moord betichten? Geeft het stempel ‘fictie’ je alle vrijheid?

2 Comments

  • ReneS

    In het artikel lees ik niets over een waarschuwingssysteem voor tsunamis. Trouwens, ook in Nederland moet veel wijken voor zgn. economische groei: ik noem maar het feit dat er weet ik hoeveel mensen hun huis zijn uitgejaagd in verband met de betuwelijn.